over slagen en falen


Kaïn

hoe overleven als verliezer?






Hieronder vind je een beknopte versie van onze tekst over slagen en falen.
Na elke paragraaf staat een link naar een meer uitgebreide versie ervan.
Vandaar kun je ofwel terugkeren naar de beknopte versie met de link 'Terug naar ...',
ofwel de uitgebreide versie van de volgende paragraaf lezen met de link 'Verder naar ....
Lees liefst eerst de integrale beknopte versie,
en pas daarna de uitgebreide versie van de afzonderlijke paragrafen.
In de kolom rechts vind je links naar de afzonderlijke paragrafen.

PROLOOG: OVER DE KLIM NAAR DE TOP


0. Naar verluidt zien almaar meer mensen het niet meer zitten. Ze waren begonnen aan de race naar de top, werden almaar voorbijgestoken, en laten het op de duur finaal afweten. Die race is een oud evolutionair zeer, dat heviger is geworden in de loop van de menselijke geschiedenis. Daarom zijn er heel wat strategieën ontwikkeld, niet alleen om de top te bereiken, maar ook om te overleven als verliezer. Onderzoeken we welke dat zijn en wat hun onderlinge relatie is. (Lees de uitgebreide versie: Het probleem en zijn oplossingen).

1. We zijn er verzot op om anderen te overtreffen. Dat blijkt positief uit het feit dat we het niet kunnen laten om ons individueel of groepsgewijs te vergelijken met anderen, ranglijsten op te stellen, wedstrijden en kansspelen te organiseren, te gokken en te gamen. Dat blijkt negatief uit onze onwil om van tronen allerhande te worden gestoten, of gewoon maar kritiek te verdragen. Dat we almaar anderen willen overtreffen komt omdat we vehikels zijn voor de replicatie van onze genen: om het overleven en het succesvol opereren van dat vehikel veilig te stellen, gaven die ons een ongebreidelde drang mee om bij elke confrontatie met concurrenten de beste te zijn. Dat verklaart het triomfgevoel en het superioriteitsgevoel van de overwinnaar, de ontgoocheling en het minderwaardigheidsgevoel van de verliezer. (Lees de uitgebreide versie: Triomf en verslagenheid).

2. De overwinning van de enen is de nederlaag van de anderen: presteren is een agressieve daad. Daarom kunnen we pas ongeremd concurrereren en triomferen als de overwonnenen vreemden zijn of vijanden. Zijn onze concurrenten verwanten, medewerkers, of leden van onze gemeenschap, dan mogen we hen alleen overtreffen als onze bijdrage beslissend is voor het succes van de groep, als we de vruchten van ons succes met hen delen, of als ze kunnen delen in ons prestige door onze bewonderaars te worden. In alle andere gevallen stellen de verliezers ons streven in vraag. Als we toch winnaar willen worden, moeten we ons streven trachten te hullen in een schonere schijn. Dat kan door de agressieve component ervan te verdonkeremanen door de prestatie op zich in het daglicht te stellen. Het kan ook door samenwerken, anderen helpen, het bestrijden van of verzaken aan concurrentie te begrijpen als tegenstellingen van concurreren. Een en ander werpt een nieuw licht op faalangst en perfectionisme. (Lees de uitgebreide versie: Concurrentie versus gelijkheidsstreven).

3. Concurrentie toont zich onverbloemd in het stellen van de daad waarmee we onze superioriteit bewijzen. Als die geen blijvende sporen nalaat, onzichtbaar of ongrijpbaar is, het daglicht niet mag zien, of gewoon een roemloos feit is, kunnen we te koop lopen met de rijkdom en/of het welzijn die hij oplevert. De tekenwaarde daarvan wordt verdubbeld door de opbrengst weg te schenken: bij de triomf van vermogend te zijn voegt zich dan die van schenker te zijn. (Lees de uitgebreide versie: Tekens voor triomf).

4. Introduceren we enkele handige termen. 'Concurrentenpool' noemen we de som van het aantal (individuele of collectieve) kandidaten dat op een gegeven terrein de beste wil zijn. 'Arena' noemen we de plaats waar de krachtmeting tussen alle concurrenten uit een concurrentenpool plaatsgrijpt. 'Concurrentiepiramide' noemen we de rangorde van de concurrenten na de strijd in de (globale of regionale) arena. 'Territorium' noemen we het geheel van posities dat bij de concurrentiestrijd kan worden veroverd. (Lees de uitgebreide versie: 'Termen').

5. De concurrentiestrijd wordt almaar heviger doordat almaar meer arena's de hele tegenwoordige en verleden concurrentenpool gaan omvatten, doordat de productiviteit almaar toeneemt, en doordat velen overschakelen van individueel naar collectief presteren. Het aantal mensen dat winnaar kan worden neemt daardoor almaar af, en het aantal verliezers of uitgeslotenen neemt almaar toe. (Lees de uitgebreide versie: Verhevigen van de concurrentie).


CORPUS: DE WEDERWAARDIGHEDEN VAN DE VERLIEZERS

Als we in die verhevigde concurrentiestrijd het onderspit moeten delven, kunnen we opteren voor twee eigenlijke oplossingen (A, 1-2), acht gradaties van een gedeeltelijke oplossing (B, 1-8), en een manier om ons aan het probleem te onttrekken (C). (Lees de uitgebreide versie: Het lot van de verliezers).

A. EIGENLIJKE OPLOSSINGEN

1. Ons herpakken, ons schikken in de rangorde, opgeven.

Speken de omstandigheden of geluk geen rol, of kunnen we onze prestatie niet verbeteren, dan rest ons niets anders dan ons neer te leggen bij onze nederlaag of onze lagere plaats in de rangorde, en uit te kijken naar de verder te bespreken alternatieve oplossingen. Spelen de omstandigheden of geluk wel een rol, of kunnen we onze prestatie verbeteren door oefenen en leren, dan flakkert onze drang weer op om de beste te zijn of om een betere plaats in de rangorde te veroveren. Maar als onze inspanningen vergeefs blijven, is het verloren moeite om ons te blijven herpakken. Ook hier rest ons dan niets anders dan ons neer te leggen bij onze absolute of relatieve nederlaag en uit te kijken naar de verder te bespreken alternatieve oplossingen. (Lees de uitgebreide versie: Herkansen en herpakken).

2. Samenwerken en groepsgewijze concurrentie: deelhebben aan de triomf van de groep.

Een eerste alternatief is dan een bondgenoot zoeken om de concurrent te overtreffen. Dat is wel efficiënt, maar levert minder prestige op dan individueel een individuele tegenstander verslaan. Omdat ook de concurrent dan kan gaan samenwerken, leidt deze strategie tot groepsgewijze concurrentie. Daarbij vallen individuele concurrenten van meet af aan uit de boot. Binnen elk der concurrerende groepen kunnen de besten nu ongestoord de zwakkeren overtreffen omdat allen delen in de triomf van de hele groep, zodat de zwakkeren binnen de groep toch winnaar kunnen worden als ze zich niet langer begrijpen als individu, maar als groepslid. Toch blijft het gevoel de beste te zijn in eerste instantie een individuele aangelegenheid: de leiders - de besten in de groep - gaan uiteindelijk met de pluimen lopen. (Lees de uitgebreide versie: Groepsgewijze concurrentie).


B. GEDEELTELIJKE OPLOSSINGEN

Bij alle vorige oplossingen blijven we vasthouden aan het ideaal om de beste te worden in een gegeven arena. Bij alle volgende proberen we de vernedering van onze nederlaag ongedaan te maken door van arena te veranderen, door verkleinen van de arena in ruimte en/of tijd, door inperken van de waaier van arena's, door omschakelen van concurreren naar bewonderen, door ons op te stellen als eigenlijke winnaar of oneigenlijke verliezer, en door de overwinning uit te stellen, te beleven in de verbeelding, of door onszelf en elk streven te ontwaarden.

1. Uitbreiden van het aantal arena's en arenawissel.

Een aantrekkelijke uitweg biedt het uitvinden van almaar nieuwe manieren van overleven. Telkens iemand een nieuwe niche ontdekt, kan hij een tijdlang zonder concurrenten aan de slag. Maar weldra wordt zijn nieuwe niche tot nieuwe arena, tot weer een nieuwe niche wordt betrokken. Zo ontvouwt zich een almaar ruimer landschap van arena's waarin almaar meer winnaars kunnen verschijnen. Aantredende concurrenten moeten voortaan uit de almaar aangroeiende waaier de arena kiezen waarin ze het meest kans maken, en ze kunnen naar een andere arena overschakelen als blijkt dat ze hun kansen verkeerd hebben ingeschat. (Lees de uitgebreide versie: Arenawissel).

De arena's gaan zelf weer deel uitmaken van een arena der arena's. Willen we een lager gewaarderde arena betreden, dan moeten we arena's die aanvankelijk onze voorkeur wegdroegen links laten liggen, en we kunnen dat alleen door ze te ontwaarden. De ontwaarding gebruikt twee basisformules: een alternatieve waarde naar voor schuiven; ('Ik ben wel niet sterk, maar wel slim'), of een onwaarde tot waarde uitroepen ('Niet rijkdom maar armoede is nastrevenswaardig'). (Lees de uitgebreide versie: Arena der arena's).

De tocht doorheen de waaier van arena's begint al heel vroeg in het leven, op een ogenblik dat we als kinderen een slechts beperkt beeld hebben op het landschap der arena's, beeld dat overigens heel vaak fantastisch, mythisch, of historisch is, en pas tegen de volwassenheid de realiteit begint te benaderen. Pas als we daarmee rekening houden, krijgen we een beeld op de reeks krenkingen met bijbehorende herwaarderingen die gepaard gaat met het neerdalen in de hiërarchie der arena's. (Lees de uitgebreide versie: Individuele herschikking der arena's).

De achtereenvolgende ontwaardingen veroorzaken een herschikking van de oorspronkelijke hiërarchie der arena's. Wat in de waardering van velen aanvankelijk op de hoogste plaats stond, eindigt vaak op de laatste plaats, en omgekeerd. Pas als we deze herwaardering ongedaan maken en rekening houden met arenawisselingen in de kindertijd, kunnen we de oorspronkelijke hiërarchie der arena's reconstrueren. (Lees de uitgebreide versie: Oorspronkelijke arena der arena's).

2. Verkleinen van de omvang van de concurrentenpool.

We kunnen de concurrentenpool ruimtelijk verkleinen door spreiding van aangroeiende concurrentenpools over meerdere arena's in een hiërarchie van almaar meer beperekte arena's: de hele wereld, continenten, landen, regio's, steden of dorpen, wijken, buurten. Naast deze relatieve is er ook absolute inperking: een deel van de concurrentenpool voert discriminerende criteria in om anderen de toegang tot de arena te ontzeggen. Deze inperking belet ons niet om de vele beperkte arena's onderling te vergelijken en een hïërarchie van arena's op te stellen. De besten op alle lagere echelons zijn dat alleen als ze naar onder kijken. (Lees de uitgebreide versie: Verkleinen concurrentiepool in de ruimte).

De concurrentenpool kan ook aangroeien door opstapeling in de tijd van producten of beelden van en tekens voor prestaties. Om de concurrentenpool te verkleinen volstaat het om de tijdsduur gedurende dewelke concurrenten in aanmerking komen te verkorten: van de gehele geschiedenis, over een tijdvak, een eeuw, een decennium, tot vierjaarlijkse, jaarlijkse, maandelijkse, wekelijkse, dagelijkse krachtmetingen, of gewoonweg rondes in een spel. Ook hier blijft men de toppen vergelijken. Het aantal winnaars kan ook verhoogd door de tijdsduur van de prestatie te verlagen: van diamanten bruiloft tot one-night stand. (Lees de uitgebreide versie: Verkleinen van de concurrentpool in de tijd).

3. Verenging van de globale waaier van arena's.

Er zijn vele terreinen waarop we moeten presteren. We zijn pas tevreden als we op al deze domeinen de beste zijn. Als dat niet het geval is, kunnen we ons verlies in de ene arena compenseren door winnaar te worden in een andere, bij uitstek als het ook nog een kleinere is. Dat leidt tot de alomtegenwoordige basisdichotomie tussen maatschappelijk presteren in tendentieel wereldomvattende arena's met een beperkt aantal winnaars, en privaat presteren in vaak heel kleine arena's zoals de collega's, de vriendenkring, het gezin of het paar, met talloze winnaars. De verenging gaat vaak gepaard met een extatisch gevoel, zoals bij de bekering tot een winnende gemeenschap of bij verliefdheid. (Lees de uitgebreide versie: Verengen van de waaier van arena's).

Bijkomende mogelijkheden worden geschapen door het organiseren van kansspelen en loze wedstrijden. Verliezers in de echte wereld kunnen dan winnaar worden in de wereld van het spel. (Lees de uitgebreide versie: Spel als bijzondere vorm van verengen van de waaier van arena's).

Terwijl de verliezers zich terugrrekken in almaar lagere en meer beperkte waaier van arena's, werken de winnaars zich op tot almaar hogere arena's in een almaar bredere waaier van arena's, tot uiteindelijk oervader- of oermoederstatus wordt bereikt. (Lees de uitgebreide versie: Ontplooien van de volledige waaier).

4. De eigenlijke overwinnaar.

Een volgende oplossing bestaat uit voorwaardelijke capitulatie. We leggen ons neer bij onze mindere positie of onze nederlaaag, niet zonder erop te wijzen dat de krachtmeting niet eerlijk was: erfelijkheid, ongunstige omstandigheden, een dosis ongeluk, of niet ter zake doende factoren (waaronder bedrog en discriminatie) speelden in ons nadeel. (Lees de uitgebreide versie: De eigenlijke winnaar).

5. Van overwinnen naar bewonderen.

We kunnen ermee ophouden om te proberen de beste te overtreffen en ertoe overgaan om hem te bewonderen. Dat laat ons toe om ons één te voelen met vaak grote aantallen medesupporters en gezamenlijk te triomferen over allen die andere idolen bewonderen. De individuele concurrentie met de bewonderde beste maakt daarbij plaats voor een groepsgewijze concurrentie tussen bewonderaars - fans, supporters, aanhangers, gelovigen. (Lees de uitgebreide versie: De bewonderaar).

6. Uitgestelde triomf, hoop, droom, fantasmagorie.

We kunnen onze overwinning ook almaar uitstellen. In afwachting zijn we zegezeker: het Van Goghsyndroom van de avant-gardes die vandaag miskend zijn, maar morgen zullen triomferen. Dat uitstel is meest geschikt als er geen vastgelegd parcours is dat naar de overwinning leidt, of als het toeval een grote rol speelt. Hoe verder de overwinning naar de toekomst wordt verlegd, hoe langer we ons kunnen koesteren in de gedachte dat we ooit overwinnaar zullen zijn. (Lees de uitgebreide versie: Uitgestelde triomf).

7. Instant triomf: fantasie en waan.

De stap naar het pure fantaseren van actueel succes is niet ver meer. We kunnen opgaan in eigen fantasieën of in door kunstenaars gefabriceerde werelden. We kunnen deze fantasieën blijven onderscheiden van de werkelijkheid, maar we kunnen ze ook promoveren tot een door geestelijken allerhande geschapen parallelle wereld, ja zelfs tot de enig werkelijke wereld: waan. (Lees de uitgebreide versie: Instanttriomf).

8. Ontwaarden van onszelf en elk streven.

Bij arenawissel ontwaarden we het gebeuren in de oorspronkelijke arena en zetten we al onze zinnen op een nieuwe. Als de arenawissel tot een nieuwe nederlaag leidt, krijgt ons zelfvertrouwen een sterke deuk. Hoe vaker we van arena wisselen, hoe kleiner de kans dat we de top zullen bereiken. We voelen ons finale mislukkelingen, en krijgen de neiging om niet alleen bijzondere arena's te ontwaarden, maar het optreden in arena's als zodanig. Deze veralgemeende ontwaarding leidt tot volslagen lusteloosheid.

Er zijn twee uitwegen uit deze impasse, een onvruchtbare en een vruchtbare.

Een onvruchtbare uitweg is het verlengen van de ontgoocheling tot depressie. Daar bestaan drie varianten van. We kunnen uitpakken met ons gevoel van algehele zinloosheid en waardeloosheid, zodat allen die baat hebben bij ons presteren ons loven en willen motiveren. Juist daardoor deinzen we er nog meer voor terug om nog een arena te betreden waar zou kunnen blijken dat we niet de beste zijn. Ook kunnen we als waardeloze mislukkelingen willen verdwijnen uit een zinloze wereld. Als we dat kenbaar maken of ten uitvoer trachten te brengen, krijgen we blijken van liefde, die onze wil om te verdwijnen fnuiken. En, ten slotte, kunnen we onze neiging om te verzinken in lethargie niet langer beschouwen als een te overwinnen voorbijgaand stadium of een neiging waar we aan moeten weerstaan, maar als een ziekte waar we niets aan kunnen doen. We kunnen dan afhankelijk worden zonder ons minderwaardig te voelen. (Lees de uitgebreide versie: Vormen van depressie)

Een meer vruchtbare uitweg is ons ontpoppen tot profeten van de zinloosheid. Dat ontslaat ons niet alleen van de plicht om nog om het even welk strijdperk te betreden, het maakt ons heimelijk tot overwinnaar in de onzichtbare arena waarin de overwinnaars van alle andere arena's tot verliezers worden omdat ze nog niet doorhebben dat hun overwinnen in wezen zinloos is. Dat laat toe een nieuwe arena te ontsluiten: zinloosheid prediken als middel om weer prestige te krijgen en/of om in ons levensonderhoud te voorzien. Het komt er dan op aan om te verzaken aan al wat de ongebreidelde levensdrang de gewone stervelingen influistert, en om bezigheden te vinden die gewoon bezig zijn verhinderen: allerlei vormen van ascese en meditatie met het oog op het uiteindelijke nirwana of de unio mystica. (Lees de uitgebreide versie: Profeten van de zinloosheid).


C. ONTWIJKEN VAN HET PROBLEEM: AFHANKELIJK WORDEN OF BLIJVEN

Het kind beheerst een aantal basisvaardigheden nog niet, en is dan hulpbehoevend. Als het vorderingen maakt, kan het er toch de voorkeur aan geven om te worden geholpen, veeleer dan zich zelf in te spannen, laat staan te concurreren. Het stelt dan zijn hulpbehoevendheid in het daglicht. Dat doen ook wij als we ziek, gehandicapt, of oud zijn, of als we slechts een gering of helemaal geen deel van de koek konden veroveren. Daarom ontwikkelt zich al vroeg in elke maatschappij ook een landschap van neerwaartse piramides: een leger van armen, zieken, behoeftige bejaarden, studenten, en geesteszieken, dat wordt opgevangen in bijzondere instellingen zoals armenhuizen, weeshuizen, bejaardenhuizen, ziekenhuizen en scholen, of meer recent door werklozensteun, ziekenkassen, en pensioenstelsels. Op al deze terreinen kunnen we ook afhankelijkheid veinzen of onszelf aandoen. (Lees de uitgebreide versie: Afhankelijk worden of blijven). Dat lukt beter als we de kunst beheersen van het veinzen en het verdonkeremanen van onze bedoelingen. (Lees de uitgebreide versie: Ziekte veinzen of onszelf aandoen').


EPILOOG

We besluiten met een overzicht over het landschap van de concurrentie en beschouwingen over hoe we er ons in kunnen bewegen. (Lees de uitgebreide versie: Overzicht)


© Stefan Beyst, 2018.
facebook facebookvolg   twitter
 
ontdek
mijn nieuwe e-boek:


zelfomslag

het zelfbeeld
tussen spiegel en dagboek