Dat   NL  → EN
 

over slagen en falen


Kaïn

hoe overleven als verliezer?





INDIINDIVIDUELE TOCHT DOOR DE ARENA DER ARENA'S

De selectie van de arena's begint al heel vroeg in het leven: als kinderen beginnen te bepalen wat ze willen worden als ze groot zijn

De eerste aanknopingspunten liggen in de concrete ervaringen in het gezin en de groep van leeftijdsgenoten, evenals met de zichtbare beroepen zoals politie en brandweerman, kassierster, winkelier, voetballer en wielrenner, popzangers.

Menig zoontje vond dat het een betere partner voor zijn moeder zou zijn dan zijn vader en dat het zijn moeder tegen die onverlaat moest beschermen, en meinige dochter trad op als de betere minnares voor de vader. Beiden ontwierpen daarbij hun eerste alternatieve liefdesarena's.

Vervolgens zien we vaak dat broers en zussen, neven en nichten zich tegen elkaar afzetten - al sinds bijbelse tijden: denk slechts aan Kaïn en Abel, Jakob en Esau...  Elk kind ontwikkelt zijn eigen methodes om de gunst van de ouders te verwerven, die overigens ook hun eigen voorkeuren en verwachtingen hebben waarop kinderen heel handig weten in te spelen. Sedert Freud weten we ook dat menig kind zich andere ouders toedicht, bij wie het dan de uitverkorene zou zijn veeleer dan de verschoppeling (familieroman). Dat is een eerste verklaring voor de vaak tegengestelde keuze van arena's die kinderen uit éénzelfde gezin maken

Een vaak ingrijpender positionering grijpt plaats in de groep van leeftijdsgenoten in de school of op de straat, de speelplaats, of de buurt. Terwijl de enen ernaar streven om goede resultaten te halen in de klas, ontwikkelen anderen die daar niet in slagen zich weldra tot de belhamels of de grappenmakers. Terwijl de enen triomferen in groepsspelen, mijden anderen formele wedstrijden: zij geven er de voorkeur aan om gewoon uitmuntendheid na te streven: kunst tegenover sport. Tegenover lichamelijke worden vaak geestelijke vaardigheden in het geweer gebracht: menig intellectueel dook pas in de boeken nadat hij van het voetbalveld werd geschopt of een ondergeschikte positie moest innemen in de club van belhamels op de speelplaats, terwijl menige jongen pas stoer werd nadat hij het in de klas liet afweten en daar vaak een levenslange afkeer voor boeken aan overhield. Belangrijk is ook de geslachtelijke positionering: jongensachtige meisjes tegenover meisjeachtige, stoere tegenover zachtaardige jongens.

De wereld van het kind bestaat niet alleen uit concrete personen, maar hoe langer hoe meer ook uit beelden. Via verhalen, boeken, films, of computerspelletjes worden de kinderen ook ingebed in een landschap van arena's dat ruimer is dan dat van het gezin en de school. Dat landschap is aanvankelijk afkomstig uit sprookjes, religieuze of mythische verhalen - Christus tegen de keizer en de duivel, Robin Hood tegen de heersende machten (al dan niet met te redden jonkvrouw), Obi wan Kenobi tegenover Darth Vader, Pippi Langkous tegenover deftige tantes - om nog maar te zwijgen van Asterix en Obelix tegen de Romeinse veroveraars. Pas later komen de identificaties met historische figuren: militaire helden zoals Alexander of Hamnibal (Freud), uitvinders zoals da Vinci en Tesla, wetenschappers zoals Einstein of Marie Curie, zakenlui zoals de Fuggers of de Rothschilds, kunstenaars zoals da Vinci of Bach. Hoe langer hoe meer dringen voorbeelden uit de hedendaagse wereld door: sterren uit de wereld van sport zoals Eddy Merckx, Maradonna, Lukaku, popstars en filmsterren, zakenlui zoals Steve Jobs of Elon Musk, politici zoals Fidel Castro, Kennedy of Obama, kunstenaars zoals Duchamp of John Cage, onderzoekers zoals David Attenborough of Jane Goodall. Pas in een laatste fase, meestal in de adolescentie en na het beëindigen van het middelbaar onderwijs, moeten jongeren zich aan deze concrete idealen meten, en daarbij de voor hen onbereikbare doelen laten varen. De meerderheid moet na het beëindigen van de studies nog dieper afdalen in de arena der arena's: ze worden geen filosoof maar leraar, geen computerbolleboos maar websitedesigner, geen componist maar pianist of pianoleraar, geen stervoetballer maar turnleraar. Slechts een minderheid kan de weg naar de top van prestigieuze arena's inslaan of een nieuwe arena ontsluiten zoals Larry Page en Sergey Brin van Google. Op vlak van private relaties moeten ze de gedroomde idolen inruilen voor werkelijk bestaande partners, of hun gedroomde veroveringen voor exploten achter het scherm. Ook zien we vaak de later te bespreken belangrijke keuze voor privaat versus maatschappelijk presteren.

Pas als we met de volledige ontwikkeling rekening houden, krijgen we een juist beeld op de reeks krenkingen met bijbehorende her-waarderingen die gepaard gaat met het neerdalen van de troon aan de moederborst naar het zich almaar breder ontvouwende landschap der concurrentiepiramides in de concrete wereld. Maar goed dat het vergezicht op de arena's ons pas zo laat en in schijfjes wordt onthuld - anders zou ons van het duizelen wellicht de zin om te springen vergaan!

Terug naar de beknopte versie.
Verder naar de volgende uitgebreide paragraaf:




© Stefan Beyst, 2018.

facebook facebookvolg   twitter
 
ontdek
mijn nieuwe e-boek:


zelfomslag

het zelfbeeld
tussen spiegel en dagboek