over slagen en falen


Kaïn

hoe overleven als verliezer?





VERSCHERPEN VAN DE CONCURRENTIESTRIJD

Terwijl dieren alleen weet hebben van concurrenten uit de naaste omgeving, wordt bij de mens de concurrentiestrijd almaar scherper doordat de menselijke arena's zich in de loop van de geschiedenis almaar uitbreiden in zowel ruimte als tijd.

De omvang van de arena neemt toe in de ruimte doordat de concurrenten zich concentreren in almaar talrijker en almaar groter wordende steden waarin weldra de meederheid van de mensen zal wonen, en/of doordat de producenten en hun producten zich over almaar grotere afstanden over zee, over land en in de lucht beginnen te verplaatsen naar en tussen de schakels van een almaar dichter wordend net van markten of productieplaatsen (theaters, concertzalen, operahuizen, voetbalstadia). Sedert de ontwikkeling van schrift, van boekdrukkunst en prentkunst, van fotografie en film, van distributie via radio en televisie, maar vooral via internet, is de reikwijdte van de producenten van informatie en van beelden - inclusief de informatie over en de beelden van de prestaties van alle mogelijke concurrenten - in principe wereldwijd toegankelijk geworden voor elke wereldburger.

De concurrentiestrijd in de arena's wordt ook verhevigd doordat duurzame producten zich beginnen op te stapelen in de tijd: door het voortbestaan van producten die niet worden verteerd bij consumptie (het bouwwerk van de architect, het kunstwerk van de schilder of beeldhouwer), door gebruik van recepten voor producten die wel worden verteerd bij consumptie (gerechten, dranken), door het gebruik van schema's, notatie of opname bij producten die pas bestaan tijdens de productie (de roman en de symfonie), evenals door het voortbestaan van exploten allerhande als (audio)visueel of verbaal beeld (foto, film, opnames, biografische en historische teksten) - denk slechts aan de geleidelijke opstapeling van de cultuurschatten: piramides, tempels, kathedralen en moskeeën, boeken en partituren in bibliotheken, kunstwerken in musea, of aan het voortbestaan van de exploten van figuren als Alexander, Djenghis Khan en Napoleon dank zij mondeling overgeleverde legenden en geschiedschrijving. De actuele concurrentenpool wordt zodoende uitgebreid met almaar meer concurrenten uit het verleden - en dat houdt ook in dat voor vele prestaties de winnaars alleen in het verleden zijn te vinden.

De concurrentiestrijd wordt ook almaar scherper doordat hoe langer hoe meer robotten tot de concurrentiepool gaan behoren en in de arena's hun menselijke concurrenten overwinnen: denk slechts aan de robotten die eerst de wereldkampioen schaken en dan de wereldkampioen Mo uitschakelden. Meer en meer mensen zullen zich niet meer melden in de arena's waar robotten de show stelen, en het is maar de vraag of er arena's zullen overblijven of worden uitgevonden waar mensen het voortouw zullen blijven nemen.

De concurrentiestrijd wordt, vervolgens, ook almaar scherper doordat de productiviteit almaar toeneemt: het aantal producenten dat nodig is om de zich uitbreidende wereldmarkt te bedienen neemt daarbij af, zodat de effectief te veroveren territoria almaar schaarser worden en tendentieel tot monopolie inkrimpen. Een almaar kleiner aantal producenten moet concurreren om de gunst van een almaar groter publiek, en dus een almaar hoger niveau bereiken. Dat geldt niet alleen voor gewone productie, maar ook voor militaire overheersing: naarmate de technieken voor verplaatsing zich ontwikkelen, worden almaar meer kleine territoriale eenheden zoals stammen vervangen door stadstaten of koninkrijken die op hun beurt worden verenigd in wereldrijken: waar aanvankelijk talloze stamhoofden konden triomferen in talloze locale arena's, neemt het aantal dat effectief een territorium kan bezetten - koning, keizer of president kan worden - almaar af. Deze ontwikkelingen komen in een stroomversnelling zodra sedert de industrialisering op almaar groter schaal wordt geproduceerd en vooral sedert de almaar snellere distributie en multiplicatie in real time van producten via radio, tv, en de productie van digitale producten die via het internet over de gehele wereld worden verspreid: almaar minder producenten bedienen een almaar groter segment van het te veroveren territorium - de wereldomvattend geworden markt. Zolang er veel producenten nodig zijn om de gehele wereldbevolking te bedienen - denk aan poetsvrouwen, verplegers, bakkers of dokters, zijn er veel locale winnaars en relatief weinig verliezers. Maar zodra één enkele producent de gehele wereldbevolking kan bedienen - wat bij uitstek het geval is met immateriële producten zoals informatie en beelden - is er maar één of een handvol winnaars en talloze verliezers: denk aan individuele producenten zoals popsterren of sporthelden, schrijvers zoals Tolkien of  J.K. Rowling, en aan groepsgewijze producenten zoals Alibaba, Amazon, Google, Facebook.

Dat laatste maakt er ons attent op dat ook groepsgewijze concurrentie de concurrentie verscherpt: we kunnen de arena's waar groepen (staten, bedrijven, godsdiensten, sportploegen, ...) met elkaar concurreren pas betreden als we in staat waren om een groep te vormen of ons erbij aan te sluiten, zodat alle individuele kandidaat-concurrenten uit de concurrentenpool worden gestoten. Het aantal verliezers - individuen die geen kans meer maken tegen de groep en daardoor veelal niet eens meer aan de concurrentie willen beginnen - neemt daardoor spectaculair toe. Degenen die wel deel kunnen uitmaken van de concurrerende groepen worden binnen die groepen veelal gerangschikt in vaak uitgebreide hiërarchieën met weinige uitverkorenen aan de top (ambtenarenapparaten, ondernemingen, legers, ...).

Terwijl dus enerzijds de prestaties van robots die van de mensen gaan overtreffen, zijn er ten gevolge van de verhoging van de productiviteit en de overgang naar groepsgewijze concurrentie almaar minder posities te veroveren. Het aantal mensen dat winnaar kan worden neemt daardoor relatief almaar af - of: het aantal verliezers neemt almaar toe.

De verscherpte concurrentie wordt, ten slotte, almaar scherper aangevoeld, omdat de verliezers niet noodzakelijk worden uitgeschakeld, maar integendeel veelal in leven blijven of in leven worden gehouden (kinderen, zieken, bejaarden). Omdat ze behoren tot een min of meer hechte groep kunnen ze niet zomaar naar een andere groep verhuizen, en als ze dat wel kunnen, worden ze door de alomtegenwoordigheid van tekens en beelden ook daar herinnerd aan hun overwinnaars. Het toenemend aantal verliezers wordt zodoende ook nog blijvend met de neus gedrukt op het succes van de overwinnaars: denk slechts aan de slaven die onder het toezicht van hun opzichters moesten werken in mijnen en steengroeven, aan de lijfeigenen die in de modder ploeterden aan de voet van de feodale burcht, aan de bewoners van sloppenwijken naast gated cities of torenhoge flatgebouwen, aan de overwonnen die onder een bezetting moesten leven, aan de gelovigen die zich tot een nieuwe godsdienst moesten bekeren, aan de poetsvrouw die de braspartijen op het luxejacht moet opruimen, aan de ambtenaar die de ondergeschikte wordt van de collega die hem voorbijstak, de schrijver of de wetenschapper die jaar na jaar moet toekijken hoe zijn concurrenten met de Nobelprijs gaan lopen, om nog maar te zwijgen van het lot van de in de steek gelaten minnaar of minnares die moet blijven toezien op de nieuwe relatie van zijn of haar voormalige geliefde, of van de vele kinderen die, zoals Assepoester, hun leven lang moeten verdragen dat hun ouders hun broer of zus een voorkeursbehandeling geven. Dat lot - moeten overleven als verliezer - blijft de gelukkigen gespaard die bij het verlies van de concurrentiestrijd worden gedood - denk slechts aan de miljoenen die tijdens de Grote Oorlog het machinegeweervuur werden ingestuurd of de miljoenen die werden geveld door de Spaanse Griep - of die, omdat ze niet gebonden zijn aan een groep, elders hun kansen kunnen gaan wagen.

We zagen al hoe we in de loop van de evolutie unipare dieren werden - dieren die slechts één nakomeling tegelijk op de wereld zetten - zodat we - anders dan biggetjes die al van meet af aan hun positie aan de beste tepel moeten bevechten op een heel nest - ons leven beginnen met een onbetwiste positie aan de moederborst. Maar, omdat we ook behoren ook tot de traagst groeiende dieren, worden we gedurende onze lange tocht van de moederborst naar onze positie in de wereld van de volwassen almaar opnieuw geconfronteerd met almaar meer nieuwe concurrenten in arena's die uiteindelijk wereldomvattend blijken te zijn, voor zover we de concurrentie al niet moeten overlaten aan groepen die met elkaar concurreren, zodat we ons moeten beperken tot het veroveren van een zo goed mogelijke positie in die meer omvattende eenheden. Geen wonder dat de velen die er niet in slagen bij deze afdaling in de hogere regionen te blijven zweven, maar onherroepelijk in de afgrond dreigen te verzinken, het vaak niet meer zien zitten, of al helemaal niet meer aan de race wensen deel te nemen.

Terug naar de beknopte versie.
Verder naar de volgende uitgebreide paragraaf.



© Stefan Beyst, 2018.

facebook facebookvolg   twitter
 
ontdek
mijn nieuwe e-boek:


zelfomslag

het zelfbeeld
tussen spiegel en dagboek