bespreking van
http://www.hit.ac.il/staff/Avital/ART-DESIGN.pdf.
de pagina's verwijzen naar deze tekst
In de goede traditie van
Nelson Goodman kent Avital kunst een cognitieve
functie toe. Hij plaatst ze daarmee op dezelfde voet als wetenschap. In
één adem noemt Avital 'pictures, words, natural languages, or scientific
theory (p.10). Beelden begrijpt hij als een taal die van de verbale taal
alleen als 'pictoral' language te onderscheiden (p. 10). Ongetwijfeld
zijn er vele beelden die als teken worden gebruikt: documentaire foto's,
illustraties, modellen, maquettes en allegorieën (zie 'instrumentele
mimesis'). Maar beelden als zodanig - autonome beelden - hebben een
geheel tegengestelde functie: er is een wereld van verschil tussen de
icoontjes op toiletdeuren en de Mona Lisa, of tussen 'La Mariée mise è
nu par ses célibataires même' en de Venus van Urbino..
Zoiets als een autonoom beeld bestaat voor Avital blijkbaar niet. Net
als Goodman beweert hij dat beelden 'refereren' (p 5). Hij heeft het
onomwonden over het beeld als over een 'beschrijving': 'No word and no
combination of words, pictures, or formulas wholly describes anything
(p.10). Het beeld heeft een cognitieve functie inzake 'connection (pictorial
universal) and classification' (p. 2). Schilderkunst is zoals schrift
een middel om informatie op te stapelen, een 'extra-skull unit of memory'
(p. 15). En ga zo maar door...
Uit al deze citaten blijkt dat Tsion Avital geen oog geeft voor het
fundamentele verschil tussen woorden en (autonome) beelden, tussen
wetenschap en kunst. Woorden en wetenschap zijn (gehelen van) tekens
waardoorheen we worden verwezen naar de wereld, een (autonoom) beeld -
kunst - stelt zich in de plaats van een (al dan niet bestaande) wereld.
De functie van een dodenmasker - het 'imago', een van de oervormen van
kunst - is niet te refereren naar de dode, maar integendeel hem
zintuiglijk tegenwoordig te stellen. Of, om het met een slogan uit te
drukken: kunst is geen kwestie van semiosis, maar van mimesis (zie 'Mimesis
en semiosis')
Pas het begrip van het beeld in termen van mimesis laat toe het verschil
tussen design en kunst te formuleren. Kunst roept een wereld op die
tastbaar aanwezig lijkt, maar toch niet daar is; design schept een
nieuwe werkelijkheid door ingrepen op de werkelijke wereld - en als
zodanig omvat ze heel wat meer dan 'industrial design, architecture,
fashion design, etc'.) (p.1), maar zowat de gehele menselijke productie.
Omdat Tsion Avital het beeld niet begrijpt in termen van mimesis, kan
hij het verschil tussen design en kunst niet beschrijven als een
verschil tussen werkelijkheid en mimesis, en moet hij zijn toevlucht
nemen tot de tegenstelling tussen het instrumentele en het cognitieve
domein (p. 2). Die tegenstelling is misschien van toepassing op de
tegenstelling tussen design en wetenschap, maar geenszins op de
tegenstelling tussen design en kunst - om de doodeenvoudige reden dat
kunst de wereld niet beschrijft of verklaart, maar oproept ('nabootst').
Vermits het uitgangspunt fout is, moeten we ook niet in detail ingaan op
de reeks tegenstellingen tussen kunst en design die Avital opsomt. Dat
zou alleen zinnig zijn als we kunst uit de tegenstelling uitsluiten en
ons beperken tot een onderzoek naar de verschillen tussen design en
wetenschap.
Bespreken we daarom een tweede gedachtegang, waarbij Avital ditmaal
aansluit bij Thomas Kuhn. Volgens Tsion Avital zou kunst tot aan het
impressionisme zijn gemaakt binnen het paradigma van het realisme.
Daarna zou ze in een toenemende crisis zijn geraakt. En deze crisis zou
de geboorte aankondigen van een nieuw paradigma.
We kunnen ons heel wat vragen stellen bij deze constructie. Om te
beginnen is er van crisis in de kunst alleen maar sprake als we ons
blindstaren op het gebeuren op de officiële kunstscène, althans op het
vlak van wat doorgaat voor plastische kunsten. Gooien we het perspectief
wat open, en betrekken we ook de muziek en de literatuur in het beeld -
om nog maar te zwijgen van mengvormen als film - dan valt van een crisis
al veel minder te bespeuren. En dat geldt zeker als kunstvormen die
normaal niet tot de 'Kunst' worden gerekend, eveneens in het beeld
worden betrokken (Zie: 'Mimesis en kunst'). Omgekeerd bestaat een deel
van de crisis er precies in dat creaties die geen kunst zijn als kunst
worden opgevoerd: niet alleen vele vormen van design, maar bij uitstek
activiteiten die uitgerekend Tsion Avital niet kan uitsluiten vanwege
zijn verkeerd begrip van het beeld: denken we aan alle 'kunstuitingen'
waar het beeld als teken wordt gebruikt: van allegorische beelden en
objecten allerhande tot 'conceptuele kunst' (Zie: 'Mimesis en kunst').
Maar dat is niet zozeer een crisis in de kunst, als een crisis in de
kunstfilosofie, waardoor vogels van het meest diverse pluimage de show
gaan stelen ten koste van echte plastische kunstenaars - voor zover die
inmiddels nog enig niveau halen. De oplossing van de 'crisis' moet dan
ook niet gezocht in een paradigmawissel in de kunst: een paradigmawissel
in de kunstfilosofie zou volstaan. Al hebben we niet zozeer nood aan een
nieuw paradigma. Een terugkeer naar - en een verfijning van - het aloude
paradigma van kunst als mimesis zou wonderen bewerken.
© Stefan Beyst, januari 2006.